Er zijn zo van die momenten waarop we worden geconfronteerd met het feit dat alle huidige politieke partijen vergif zijn voor onze parlementaire democratie.
Er is geen ruimte voor de volksvertegenwoordiger om onafhankelijk, zoals de wet dat voorschrijft, te opereren. Er wordt een eed afgelegd, individueel door de Kamerleden, dat zij zonder last stemmen, terwijl de realiteit is dat enkel in extreme uitzonderingsgevallen Kamerleden tegen de eigen partij ingaan.
Nelleke Noordervliet omschreef het perfect in haar column van bijna 10 jaar geleden in Trouw: “Het kader van een politieke partij bestaat vooral uit partijbonzen, vergadertijgers, ellebogenwerkers, Prinzipienreiters, hielenlikkers, verraders, lichtgewichten, windvanen, stukkenpoepers, lijnbewakers, beleidsneuzelaars, excuustruzen en knuffelallochtonen. Om ergens te komen moet je tot een van de genoemde categorieën willen behoren. Als je werkelijk een plaats in de Kamer ambieert ben je voor je het doel bereikt al door zoveel voze wateren gewassen dat je je eigen kleur niet meer kent. Ben je eenmaal gekozen via de partij en heb je je gebonden aan program, aan fractiediscipline en regeerakkoord, probeer dan nog maar eens te stemmen zonder last of ruggespraak.”
Zoals je kunt lezen is de onafhankelijkheid van onze gekozen volksvertegenwoordigers al een tijdje dood. Kieslijsten worden vooral opgesteld door besturen en politiek leiders, waardoor je als individu en lid van een partij nauwelijks kans maakt als je niet goed ligt bij bovenstaande figuren. Laat dat laatste nou net ook het geval zijn bij GroenLinks. Een partij die van 4 zetels uit is gegroeid naar de indrukwekkende 14 zetels met de laatste verkiezingen, allemaal op de beloftes van Jesse. Los van het feit dat die zetelwinst vooral komt van de bobo partij PvdA die 4 jaar lang, en nog steeds, niet meer schijnt te begrijpen waar zij voor staat en wat de partijprincipes nou eigenlijk zijn.
Terug naar de partij waar het nu even om gaat, GroenLinks. Achter het vriendelijke gezicht van de leider doemt steeds meer een ijzeren vuist op, als het aankomt op individuen die bij hem niet lekker liggen of een bedreiging vormen voor zijn persoonlijke ambities. Eerst werd Liesbeth van Tongeren door Jesse zonder pardon van de kieslijst gebonjourd. Om vervolgens haar plek helemaal in d’r eentje toch af te dwingen via het partijcongres. Op het moment dat zij zitting nam in het parlement, kreeg ze direct een portefeuille waardoor zij zo min mogelijk in Den Haag, en dus ook vlak bij Jesse, hoefde te zijn en nog belangrijker haar vorige portefuille: klimaat mocht zij mooi afstaan. Een te belangrijk dossier voor de partij om dat bij een potentieel dissident (met enorme steun bij de achterban) neer te leggen. Maar klimaat is ook een dossier waar zij sinds 2003 bovenop zit. Dat zou dus best eens een onhoudbare situatie kunnen gaan worden.
Dat er op de kieslijst destijds vooral vriendjes van de politiek leider te vinden waren doet er natuurlijk niet toe, omdat een dergelijke kieslijst hardstikke democratisch tot stand komt om het via een fopdemocratisch congres te laten goedgekeurd. #pontiuspilates
Enfin. We zijn nu een jaar verder en zien dat een ieder die niet lekker ligt bij de grote groene leider op moet tyfen zijn heil maar elders kan gaan zoeken. Van de originele 4 Kamerleden is er nu welgeteld 1 over, de Jesse zelve. Linda Voortman vertrekt naar Utrecht om daar in een college zitting te gaan nemen. Liesbeth van Tongeren idem, maar dan in Den Haag. Rik Grashoff heeft met de groene bestuursvoorzitster een relatie gehad en moest daarom (wat ik nog steeds niet begrijp) samen met zijn bedpartner ook de biezen pakken van de empathische samenlevingspartij. Maar een Tom van der Lee, onder wiens verantwoordelijkheid en medeweten jarenlang orgies werden georganiseerd met minderjarige prostituees op Haiti? Hij mag wel blijven. Because reasons.
Dat alles heeft er dus niets mee van doen dat der partei gezuiverd is van elke bedreiging zodat Jesse zich ervan kan verzekeren dat zijn macht voorlopig in stand blijft. Net zoals het in alle andere partijen gaat.
Dit politieke systeem, waar we als burgers en MKB vaak enkel slachtoffer van zijn, kraakt al aan alle kanten, de barsten worden steed dieper en het is wachten wanneer het barst.