Toen op 1 oktober de boeren naar Den Haag trokken, waren velen verbaasd. Wat hadden die boeren ineens?
Alleen al daaruit blijkt wel dat inwoners van Nederland soms in totaal verschillende werelden leven.
Veel mensen die uit idealisme stemmen op ‘milieupartijen’ realiseren zich niet wat het beleid van de laatste decennia betekend heeft voor de boeren. Ik hoop dat vooral deze mensen dit artikel zullen lezen.
Dit artikel is namelijk simpelweg het verhaal van een boerenechtpaar in Nederland; hun verhaal is het verhaal dat in honderden boerenkeukens in Nederland verteld kan worden. Denk daaraan bij het lezen van dit stuk: honderden boerenechtparen kunnen dit verhaal vertellen, in allerlei variaties.
Hendrik en Hanna* begonnen vijfendertig jaar geleden op hun boerderij. Ze moesten destijds een zware hypotheek nemen met 11% rente en – zoals ze zelf zeggen – het was knokken om het hoofd boven water te houden. Sommige financiële lasten moesten vooruit geschoven worden naar een toekomst waarin het beter zou worden. Dat gaf niet, want ze zijn allebei harde werkers. Hendrik werkt nog altijd parttime in de bouw, Hanna heeft bijna veertig jaar in de zorg gewerkt.
Daarnaast hadden ze dus de boerderij. Een varkenshouderij.
Stel je geen gigantische schuren voor met tienduizenden varkens: Hendrik en Hanna zijn kleine boeren. Ze hebben maar een paar honderd varkens, en dat aantal is rap aan het afnemen. Op de dag dat ik bij ze was, reed er weer een veewagen het erf af, op weg naar de slachterij. Er komen geen nieuwe biggen voor terug. Hendrik en Hanna gaan stoppen met boeren.
Dat stoppen gebeurt niet uit vrije wil. Het is het eindstation van een lange weg met steeds meer hindernissen.
Regels
Ze hebben in die vijfendertig jaar veel regelgeving voorbij zien komen: steeds weer nieuwe regels die soms bizar gedetailleerd zijn. Bijvoorbeeld over de roosters in de stallen: ooit moesten de gaten 22 mm zijn, later 18. Dan had iemand bepaald dat dit beter zou zijn voor de varkenspoten en moest de boer weer nieuwe roosters aanschaffen.
Niet dat de hele stalvloer uit roosters bestaat, zoals vroeger: tegenwoordig moet driekwart dichte vloer zijn, dat zou beter zijn voor de varkens. ‘Onzin,’ zegt Hendrik. ‘Toen we nog in de hele stal roosters hadden, waren de varkens veel minder ziek. Al het vuil was meteen weg. Nu liggen ze erin, en dan worden ze ziek. Maar ja, regels.’
Regels, regels, regels.
Nederland regeltjesland geldt wel in het bijzonder voor de boeren, en die worden er wel eens niet goed van.
Hanna: ‘Je wilt je dieren gewoon goed verzorgen en niet hele dagen aan de administratie zitten met afvinklijstjes en de verschrikkelijke betutteling van die regels. Als het op papier maar klopt; zo niet, dan volgen er berispingen, sancties, daar worden wij kregel van.
Hendrik wil gewoon in de stal zijn en zijn varkens goed in de gaten houden. Hij kan vandaag al zien of morgen de varkens ziek worden. Hij let op kleur, gedrag van de varkens. hij kent ze.’
Wilt u ook eens ronddolen in dit woud van regeltjes, dan nodig ik u uit om het productievoorwaardenreglement van de IKBNV door te nemen. Hierin vindt u vijftig artikelen met meer dan TWEEHONDERD regels en regeltjes waaraan een varkenshouder in Nederland moet voldoen als hij recht wil houden op het keurmerk Welfare Varken.
Boeren hebben dus heel veel verplichtingen waar ze aan moeten voldoen. En die van bovenaf opgelegde verplichtingen brengen kosten met zich mee die de boeren natuurlijk zelf op moeten hoesten.
Aanpassingen aan de stallen vergen vaak flinke investeringen. Regelingen zijn zo ingewikkeld dat boeren dure adviseurs moeten inhuren om hun zaken op orde te krijgen. Als boeren vergunningen nodig hebben, pikt de gemeente ook een graantje mee: leges betalen.
Zoveel opgelegde kosten; staat daar dan geen subsidie tegenover? Hendrik en Hanna vertellen: ‘In 2016 hebben we meegedaan met het project asbestdak er af, zonnepanelen erop. Hier hebben we 20 % van het totaalbedrag aan investering teruggekregen uit de subsidiepot. Verder hebben we nooit geen subsidie gekregen, omdat je nergens subsidie voor kreeg.’
Deze mensen hebben met hard werken hun bedrijf financieel gezond weten te houden, maar nu worden ze gedwongen te stoppen. Heeft u wel eens gehoord van de Stoppersregeling? Honderden boeren hebben daarmee te maken.
De Stoppersregeling. Dat klinkt alsof er iets geregeld wordt voor stoppende boeren; tenslotte is Nederland een sociaal land waarin voor iedereen gezorgd wordt, toch?
Ook ik was naïef genoeg om te denken dat een boer compensatie krijgt als hij stopt; tenslotte raakt hij inkomsten kwijt door dwang vanuit de overheid.
Helaas. Zo zit dit land niet in elkaar.
De Stoppersregeling is opgezet omdat er nieuwe regels waren ingesteld op het gebied van ammoniakuitstoot. Varkens poepen en piesen en dat levert ammoniakuitstoot op. Dan kan iemand achter een bureau wel bedenken dat varkensboeren veel minder ammoniak uit mogen stoten, maar leg dat de varkens maar eens uit. De boeren konden dus niet van de een op de andere dag aan de nieuwe regels voldoen, en daarom kregen ze uitstel van executie.
Als boeren gebruik maakten van de Stoppersregeling, kregen ze in de tussentijd geen straf voor hun ammoniakuitstoot, maar de regeling loopt af op 1 januari 2020 en wie dan nog niet aan de nieuwe regels kan voldoen, moet stoppen.
Toekomstplannen
Hendrik en Hanna hadden – zoals zoveel boeren – gebruik gemaakt van de Stoppersregeling omdat ze het gedoogbeleid nodig hadden; ze konden immers niet ineens aan de nieuwe regels voldoen. Bovendien bood de regeling de mogelijkheid om na 1 januari 2020 door te gaan met een bedrijf dat wél aan het Besluit emissiearme huisvesting voldoet.
En dus gingen ze aan de slag om hun bedrijf te verduurzamen en helemaal te gaan voor scharrelvarkens. Ze vervingen het asbesthoudende dak en lieten zonnepanelen plaatsen. Ze verbouwden hun stal zodat de varkens het nog veel beter zouden hebben. Hun varkens hebben daglicht, rustplekken, afleidingsmateriaal, stro op de vloer, uitloop naar buiten en veel meer vloerruimte dan in de standaard varkenshouderij.
Deze zomer stuurden ze hun bedrijfsplan aan de gemeente met een verzoek om de milieuvergunning te actualiseren, zodat ze in 2020 met hun aangepaste bedrijf verder konden gaan.
Hanna: ‘We dachten dat het goed zou komen, dat werd een reguliere omgevingsvergunning. Wij zijn twee keer gebeld door de gemeente door degene die de vergunningen behandelt. Wij hadden het idee, dat de gemeente het ook niet goed wist en dat wij helderheid moesten verschaffen. Het leek er op, dat alles in orde was en dat zonder problemen de vergunning verstrekt werd. Een aantal weken later belde hij weer, ja er moesten toch meer aanvullende gegevens komen. Er zou ons een brief gestuurd worden, waar het allemaal in stond.’
Er kwam inderdaad een brief van de gemeente. Denk vooral niet dat men enthousiast werd van hun zeer diervriendelijke en duurzame scharrelvarkensboerderij: de brief bevatte een hoop eisen en een volkomen gebrek aan meedenken.
Hanna: ‘Tot onze schrik kregen we te horen, dat er een geheel nieuwe vergunning aangevraagd moest worden. We gingen van 500 varkens naar 220 scharrelvarkens en dan krijg je te horen, dat dit toch nog intensieve veehouderij is, omdat het niet grondgebonden is. Alles duurzaam gemaakt, varkens in stro. Dat is de wereld op zijn kop. Hoe kun je dit uitleggen?’
In de brief werd gesteld dat het nieuwe bedrijfsplan mogelijk in strijd was met het bestemmingsplan of dat het niet voldeed aan regels van provincie of Rijk, of een voorbereidingsbesluit (kiest u maar). Bovendien ontbraken er administratieve onderdelen aan de aanvraag. Hendrik en Hanna moesten gegevens en berekeningen leveren om aan te tonen dat de wijziging stikstofneutraal zou zijn, ze moesten bewijzen dat hun nieuwe plan niet in strijd was met het bestemmingsplan en ze moesten een Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets aanvragen.
Hanna: ‘Je moet een adviseur nemen, want zelf kan je dat niet. Als ik zelf dat Omgevingsloket Online invul, dan is het al automatisch dat het niet goed is. Zo’n adviseur kost duizenden euro’s en dan is het nog maar de vraag of de aanvraag gehonoreerd wordt.
Dan was er ook nog de Natuurbeschermingswetvergunning, omdat we in de buurt van een Natura 2000 gebied wonen. En daar kwam nog iets bovenop. Hendrik zei tegen de ambtenaar: een Milieu Effect Rapportage hoeft toch niet? Nee, zei die ambtenaar, maar we willen hem wel hebben. Hoe krom kan het zijn? Dat kost weer duizenden euro’s!’
De moed zonk hen in de schoenen. Ze dachten dat ze alles opgelost hadden door over te gaan op scharrelvarkens. Nu zouden ze dus kapitalen uit moeten geven om een adviseur in dienst te nemen die dit voor hen kon uitzoeken, en om alle nieuwe vergunningen aan te vragen.
Waar moesten ze dat geld vandaan halen? Deze boeren hebben vijfendertig jaar hard gewerkt, maar denk maar niet dat ze er rijk van zijn geworden. Een varken brengt bij verkoop aan de slachterij ongeveer 170 euro op, maar na aftrek van de aanschafkosten van de biggen, de kosten van het voer, afvoer van mest, huisvesting, etc. etc. blijft er per varken maar zo’n zes euro over voor de boer. Daar heeft hij dan vier maanden voor gewerkt.
Geef dan maar weer eens duizenden euro’s uit aan een dure adviseur terwijl je niet eens weet of de gemeente je aanvraag dan wel goed zal keuren.
Doorgaan met het bedrijf leek kansloos en vergde weer investeringen. Stoppen betekende verlies van inkomen en extra kosten. Wat moesten ze doen?
Hendrik en Hanna komen niet in aanmerking voor wat voor compensatie dan ook. Er zijn wel boerderijen die in aanmerking komen voor een vergoeding, maar dat zijn bedrijven die bijvoorbeeld dicht bij de bebouwde kom zitten en daar stankoverlast veroorzaken. Dan nog is de vergoeding per regio verschillend, dus boeren moeten maar hopen dat ze toevallig op de juiste plek wonen.
En wat gebeurt er als deze boeren straks geen bedrijf meer hebben? Nu telt slechts een klein deel van hun grond als privégrond. Over het grootste deel hoeven ze relatief weinig onroerendezaakbelasting te betalen, maar straks staat daar geen bedrijf meer op. Dan komt de belastingdienst ‘afrekenen’ zoals Hendrik het noemt. Wat zullen ze straks moeten betalen?
Daarnaast kampen ze met nog een ander probleem.
Hendrik: ‘Vijfendertig jaar geleden, toen konden we door die zware hypotheek niet alles betalen. Toen zeiden de boekhouders: we kunnen die belastingen die je moet betalen verschuiven totdat je stopt met je bedrijf.
Nou staat er nog een fors bedrag. Dat moeten we afrekenen als we stoppen met ons bedrijf. We hadden erop gerekend dat we het bedrijf hadden kunnen verkopen en met dat geld de belastingdienst betalen, maar nu kan dat niet. Met deze regels kan niemand er wat mee. Die uitgestelde belastingheffing noemen ze de oudedagsreserve; daar zitten heel veel boeren mee.’
Dus dankzij overheidsbeleid is hun bedrijf onverkoopbaar geworden, maar straks komt wel de belastingdienst langs, want op papier hebben ze genoeg bezittingen om hun schuld te kunnen voldoen.
Het is een doolhof van problemen, maar alles overziend leek stoppen toch minder erg dan doorgaan. Zoals de gemeente al liet weten: In 2020 gaat de Omgevingsdienst IJsselland alle bedrijven in de regio die gebruik hebben gemaakt van de Stoppersregeling bezoeken. Onze toezichthouders gaan kijken of de bedrijven aangepast of gestopt zijn. Als dit niet het geval is, bent u in overtreding en zullen wij handhavend optreden tegen illegale situaties.
Duidelijke taal. En reken maar dat de overheid hier gaat handhaven.
Dit geldt voor honderden boeren
Deze mensen hebben veel moeite met de houding van de overheid; hoe wordt in dit land met de boeren omgegaan?
Hendrik: ‘We hebben toch allemaal bedrijven? We zorgen toch met elkaar voor de voedselvoorziening? We zijn geen criminelen. En dan zorgen ze gewoon met de stok achter de deur dat over vijf jaar, dan is het gebeurd. zevenhonderd varkensboeren die zijn dan allemaal vertrokken.’
Hanna: ‘Op zo’n manier wordt er met ons omgegaan.’
Hendrik: ‘En wat dacht je van die gezinnen? Waar manlief nog vijftig jaar is? Of vijfenveertig? Dat hij een parttime baan heeft plus vijfhonderd varkens. Hoe moet dat met die gezinnen die hun hypotheek nog niet hebben afgelost?’
Hanna: ‘En er zijn ook boeren die hebben maar door geïnvesteerd want dat moest. Diep in de schulden. Dan trekt de Rabobank de stekker eruit.’
Dat is iets wat steeds terugkomt in hun verhalen; hoeveel boeren er getroffen worden. En niet alleen de boeren, ook alle anderen die leven van de agrarische sector. De handelaar die hun varkens vervoert verliest volgende maand tien van zijn twaalf klanten; alleen de grootste twee kunnen doorgaan. Er wordt wel eens denigrerend gedaan over het aandeel van de agrarische sector in onze economie, maar als handelaren, veevoerfabrikanten etc. worden meegeteld, werken er 810.000 mensen.
Hendrik en Hanna vertellen over boeren uit de buurt. ‘Er moeten er zo veel stoppen… het is een complete kaalslag. En wat gaat er van het platteland terecht komen als al die boeren stoppen? Er gebeurt al zoveel wat het daglicht niet kan verdragen.’ Hendrik noemt drugshandelaren die op het platteland hun handeltje opzetten. Een leegstaande schuur verhuren is linke soep: wat moet je als criminelen je gaan bedreigen?
Je kunt je inderdaad afvragen wat de toekomst van het platteland zal zijn als langzaam maar zeker steeds meer boeren de nek wordt omgedraaid. Onderweg naar deze boerderij zag ik hier en daar omgekeerde vlaggen hangen, en Hendrik en Hanna vertelden dat veel van de ‘jongelui’ naar Den Haag waren geweest.
Maar zal iemand naar hen luisteren?
Dit boerenechtpaar blijft strijdbaar. ‘We hebben dit verhaal verteld, niet omdat we in de slachtofferrol willen kruipen, maar opdat we gehoord worden. Dit zijn de feiten.
Dit is het echte verhaal: en de boer, hij ploegde en ploeterde voort, maar hoe lang nog…’
Zo gaat dat dus in Nederland. Mensen die hun hele leven hard gewerkt hebben, raken alles kwijt. Het bedrijf dat ze hebben opgebouwd is langzaam de nek omgedraaid, maar de belastingdienst komt straks nog wel even ‘afrekenen’, een afrekening die hen een hoop zorgen baart, want hun bedrijf is waardeloos geworden. Niet omdat zij iets verkeerd deden, maar omdat de overheid steeds weer nieuwe hindernissen op hun weg legde.
En zoals zij zijn er dus honderden boeren in Nederland. Mensen die gewoon geprobeerd hebben om fatsoenlijk te leven en iets op te bouwen, maar die nu met lege handen staan.
Overigens kregen Hendrik en Hanna na ons gesprek nog een brief van de gemeente waarin ze nogmaals gewezen werden op de controle die ze begin 2020 kunnen verwachten.
Stellen onze toezichthouders onverhoopt vast dat u toch in overtreding bent? Dan treden we hier handhavend tegen op. Dit betekent dat u dan een last onder dwangsom krijgt. Een last onder dwangsom is een geldbedrag dat u – na een hersteltermijn – moet betalen bij elke geconstateerde overtreding. Daarnaast maakt een bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) een proces-verbaal op voor de Officier van Justitie.
Met vriendelijke groet van de gemeente…
Zoals Hendrik zei: ‘We zijn toch geen criminelen?’
Scharrelvarkens houden is strafbaar. Was onze overheid altijd maar zo goed in handhaven.
Is dit wat wij als Nederland willen?
Ongetwijfeld zullen er mensen zijn die met de regeltjes in de hand naar dit verhaal kijken en roepen dat alles klopt. Zo is het nu eenmaal. Deze keuzes maken wij als land. Voor de natuur en het milieu. Voor dierenwelzijn.
Maar is onze natuur ermee geholpen als we de boeren van het land jagen? Hebben wij straks groente op ons bord die minder vervuilend gekweekt is? Vlees dat onder betere omstandigheden gegroeid is?
Denk maar eens aan de Oekraïense plofkippen die nu op de markt komen terwijl de Nederlandse kippenboeren de nek wordt omgedraaid. Hoe goed is dat voor het milieu en het dierenwelzijn?
En belangrijker nog: wat voor land willen wij zijn? Zijn de regels heilig en de mensen bijzaak?
Overijverige ambtenaren hebben meer Natura2000-gebieden aangemeld dan nodig was, en het is niet toegestaan om gebieden weer van de lijst af te halen. Vervolgens is daar een onhaalbare stikstofnorm aan gekoppeld, en nu moeten de boeren maar verdwijnen. Dit is een gecreëerde werkelijkheid; een papieren werkelijkheid.
Je kunt je afvragen er ook maar ergens één salamander uitsterft als die in Nederland niet meer voorkomt. Je kunt je afvragen of de biodiversiteit van al die piepkleine Natura2000-gebiedjes zo belangrijk is dat onze boeren ervoor opgeofferd moeten worden.
Hoe denken de ‘milieupartijen’ eigenlijk over de boeren? Kan het ze niets schelen wat er met deze mensen gebeurt? Zijn dit de idealen waar zij voor staan? Jesse Klaver roept dat zijn partij er pas echt voor de boeren is, maar de boeren denken daar anders over. Overigens tweette diezelfde Jesse Klaver op 13 december weer vrolijk dat de Natura2000-gebieden moeten worden uitgebreid, er moeten maar liefst tienduizenden hectares extra natuurgebied komen. Rara, waar wil hij die hectares vandaan halen?
De kiezers van GroenLinks en D66 wonen vaak in de steden. Weten zij eigenlijk wel wat er op het platteland gebeurt? Beseffen zij wel dat er MENSEN worden opgeofferd voor hun idealen?
En dit geldt voor meer partijen in de Tweede Kamer.
Boeren hebben vaak jaren CDA gestemd, maar wat heeft het CDA gedaan? Het lijkt er niet op dat ze de belangen van de boeren nog op het oog hadden. Dachten ze toch wel op hun stem te kunnen rekenen?
En als de boeren dan steun krijgen van FvD en PVV staan allerlei columnisten weer vooraan om te roepen dat de boeren extreemrechtse neigingen hebben. Hoe hypocriet kan je zijn? Moeten de boeren dan maar in stilte verrekken en braaf blijven stemmen op de partijen die hen kapot maken?
Het is nog een wonder dat er maar één deur van een provinciehuis gesneuveld is. Ik heb geprobeerd dit verhaal zo rustig en neutraal mogelijk op te schrijven, maar wat is er schandalig omgegaan met deze mensen…
Het is de hoogste tijd dat in de rest van de samenleving doordringt wat de boeren al die jaren over zich heen hebben gekregen. Het is de hoogste tijd om eens wat beter na te gaan denken over alle ‘groene’ plannen.
We zouden nog wel eens heel erg spijt kunnen gaan krijgen van het huidige beleid.
We vernielen een sector die duurzamer en diervriendelijker produceert dan in veel andere landen die nu deze markt gaan overnemen. En waarvoor?
Voor een papieren werkelijkheid.
Een land dat zijn boeren de nek omdraait, is een land dat in wezen niet om mensen geeft.
*Op verzoek van Hendrik en Hanna heb ik in dit artikel niet hun echte namen gebruikt.
Vond je dit artikel goed? Steun Repelsteeltje via repelsteeltje.backme.org
Voor meer artikelen van Repelsteeltje, zie deze link.
Op de hoogte blijven van nieuwe artikelen? Volg me op Twitter.