In het ICT-vakblad Computable schrijf ik voor mijn vakgenoten een serie artikelen over de grootste hype sinds jaren: blockchain. De claims van wat de blockchain allemaal teweeg gaat brengen zijn even grotesk als dat de toepassingen van blockchain schaars zijn. Dat weerhoudt de Nederlandse overheid er ondertussen niet van om tientallen vage pilots (mee) te financieren met ons belastinggeld.
Mijn eerste artikel over de blockchain hype leverde een response op zoals ik die niet eerder heb meegemaakt. Binnen de ICT wereld heerst duidelijk een ongemakkelijk gevoel over blockchain, vermoedelijk omdat ieder bedrijf dat iets doet met geld of logistiek te horen krijgt dat ze er iets mee moeten doen. Je kunt er ook niet omheen; zelfs Nieuwsuur verspreidt het blockchain evangelie.
De belangrijkste reden waarom het blockchain concept zo aanspreekt is dat het de basis legt onder een enorm succesvolle cryptomunt, de Bitcoin. Wie twijfelt aan het nut van blockchain technologie hoort steevast “ja, maar Bitcoin…”.
Nu wil het geval dat er ondanks het publicitaire succes van het duo Blockchain & Bitcoin nogal wat problemen aan de Bitcoin kleven. Het energieverbruik is obsceen. Het aantal transacties dat kan worden vastgelegd is ongeveer zeven per seconde, wereldwijd. En ondanks de populariteit van de Bitcoin bij criminelen is betalen met Bitcoin beslist niet anoniem. Al deze problemen spelen mee en komen voort uit het blockchain protocol onder de Bitcoin. In mijn tweede artikel op Computable.nl licht ik dat allemaal toe. In het bijzonder laat ik daarbij ook zien dat wat er rond de Bitcoin gebeurt om de problemen aan te pakken neerkomt op het omzeilen van het blockchain fundament onder diezelfde Bitcoin.
Bitcoin voor burgers en beleggers. Is het geld?
Zoals gezegd schrijf ik in een ICT vakblad als Computable voor lezers met interesse in en verstand van ICT. Maar veel van die lezers hebben ook Bitcoins of overwegen om Bitcoins aan te schaffen. Als het lukt om de problemen van de Bitcoin weg te nemen – wat allerminst zeker is – dan zou dat kunnen worden opgevat als een signaal om in Bitcoins te stappen. Dat zou jammer zijn want ik denk dat het sowieso met de Bitcoin niet goed gaat aflopen. De redenen daarvoor zijn niet van technische maar van economische aard.
Bitcoin-fans beweren dat Bitcoins geld zijn omdat je 1) met Bitcoins kunt betalen, 2) Bitcoins kunnen worden gebruikt om vermogen vast te houden en 3) conventioneel geld (Euros, Dollars, Yens, Yuans) niet waardevoller is dan Bitcoins omdat ook dat niet (meer) wordt gedekt door goud en bovendien zonder limiet kan worden bijgedrukt door overheden. (Bij de Bitcoin is geld bijdrukken zeer beperkt en 100% voorspelbaar.) Alle deze beweringen zijn grotendeels of geheel onwaar.
Betalen met Bitcoin is vooralsnog zeer, zéér beperkt. Wie een willekeurig bedrijf selecteert en nagaat of men Bitcoins als betaling accepteert zal in nagenoeg alle gevallen ‘nee’ te horen krijgen. Omdat de kosten van betalen met Bitcoin sky high zijn haken sommige Bitcoin acceptanten zelfs af. Misschien verandert dat de komende jaren maar tot dan toe beoordelen wij de stelling dat de Bitcoin geld is als onwaar.
Vermogen veilig opslaan in Bitcoin is op het eerste gezicht een groot succes. Sterker, bijna iedereen die Bitcoins koopt doet dat om het vast te houden, in de hoop dat de waarde ervan toeneemt. Maar natuurlijk is er hier niet sprake van oppotten of sparen maar van speculeren. Geld dat van dag op dag zomaar 20% in waarde kan stijgen of dalen ten opzichte van conventioneel geld als de euro of de dollar is niet veilig. Wie in Nederland zijn vermogen veilig wil opslaan doet dat in Euro’s op de bank (tegen 0% rente) of onder het matras (ook 0% rente). Alle andere middelen om waarde veilig op te slaan – dollars, goud, aandelen Shell, Argentijnse Pesos, kwaliteitswijn, kunstwerken, etc.) zijn in mindere of meerdere mate speculatief, maar halen het niet bij de Bitcoin. Misschien verliest de Bitcoin in de toekomst zijn extreme volatiliteit, maar tot dan toe beoordelen wij de stelling dat de Bitcoin geld is als onwaar. Sterker nog, als de Bitcoin alleen maar een speculatie object blijft dan verwordt de Bitcoin vermoedelijk tot een enorme pump & dump scam eindigend in een totale ineenstorting.
De bewering dat Bitcoins zich niet onderscheiden van conventioneel geld in termen van dekking door iets van waarde (zoals goudstaven) is correct. Maar conventioneel geld wordt verdedigd door de staten die het uitgeven. Valsemunters worden actief vervolgd en bestraft. De Bitcoin is van niemand en het geloof dat de munt door het blockchain mechanisme niet kan worden gekraakt getuigt van een te groot optimisme. (Ik leg dat ook uit in genoemd Computable artikel) Wel weer correct is dat conventioneel geld door de uitgevers onbeperkt kan worden bijgedrukt, maar zeker in Euroland is dat risico beperkt. En het maar beperkt kunnen “bijdrukken” van Bitcoin munten is gek genoeg de doodsteek voor de kansen van de Bitcoin om in de toekomst alsnog echt geld te worden. Dat vraagt om een toelichting.
Bitcoin-deflatie: “MxV = PxT” en de Wet van Gresham
Laten we er eens van uitgaan dat alle problemen rond de Bitcoin worden opgelost: betalen met bitcoin wordt snel, goedkoop en milieuvriendelijk. Vervolgens wordt de Bitcoin ook overal geaccepteerd en schommelt de waarde van de Bitcoin ten opzichte van de Euro niet heftiger dan de US dollar. De gokkers stappen nu uit de saai geworden Bitcoin en de gewone man stapt erin om met Bitcoin te betalen en Bitcoin deposito’s aan te houden – misschien zelfs met rente.
In dit Goudlokje-scenario wordt opeens de zogenaamde Verkeersvergelijking van Fischer relevant: de formule “MxV = PxT”. Deze zegt dat de hoeveelheid bitcoin (M) maal de snelheid waarmee de coins van eigenaar wisselen (V) steeds gelijk is aan het prijspeil van waarin wordt gehandeld (P) maal het aantal transacties in een periode (T). Zoals we zagen is M bij de Bitcoin nagenoeg constant. V is nu heel laag en zal sterk oplopen als de bitcoin een betaalmiddel wordt, totdat een plafond wordt bereikt dat vergelijkbaar is met een normale valuta als de euro of de dollar. Het aantal transacties (T) kan en zal echter steeds verder oplopen naarmate de bitcoin breder wordt gebruikt en de economie groeit. Zodra de bitcoin werkt als betaalmiddel zal P dus voortdurend dalen en dat is een ander woord voor deflatie. Kortom, als de Bitcoin geld wordt dan zal de waarde ervan gestaag (dus zonder de huidige extreme ups & downs) toenemen in waarde ten opzichte van klassieke munten.
Een steeds meer waardevolle Bitcoin zal de huidige speculanten vast als muziek in de oren klinken. Maar dat is onterecht. Wie kan kiezen tussen betalen met een steeds meer waardevolle bitcoin of met een steeds in waarde dalende euro zal kiezen voor het laatste. “Slecht geld verdrijft goed geld”, oftewel de Wet van Gresham. Het zit er dus hoe dan ook niet in dat de Bitcoin in zijn huidige vorm ooit op enige schaal gaat worden gebruikt als betaalmiddel en de ultieme reden daarvoor ligt in de vaste hoeveelheid Bitcoins.
Omdat er hoe dan ook geen echt uitzicht bestaat op een bitcoin die werkelijk kan ontsnappen aan de blockchain bottleneck en de totale hoeveelheid bitcoins nauwelijks zal groeien zit de Bitcoin dus permanent ingeklemd tussen economische en technische wetmatigheden die ervoor zorgen dat de Bitcoin nooit een concurrerend betaalmiddel wordt.
Met dit alles is niet gezegd dat Bitcoin-speculanten de komende tijd niet veel geld kunnen verdienen (of verliezen). Wat hier wel is gezegd is dat de Bitcoin door de combinatie van een traag en spilziek blockchain-mechanisme en een ingebouwde deflatiespiraal nooit zal doorgroeien tot iets dat overeenkomt met conventioneel geld. Daarmee ligt het lot van de Bitcoin vast, de extreme verwachtingen van sommigen ten spijt.
Nadere bronnen:
https://www.fs.blog/2009/12/mental-model-greshams-law/
https://www.lrb.co.uk/v38/n08/john-lanchester/when-bitcoin-grows-up