Een huiveringwekkend artikel in het Financieel Dagblad over hoe een ‘claimcultuur’ moet helpen om discriminatie op de werkvloer te beteugelen.
De ene hysterie na de andere komt overwaaien uit de Verenigde Staten.
Bent u al racist/seksist/homofoob?
Zo niet, waarom niet?
Er gaat een complete industrie schuil achter al die ‘heilig’ verontwaardigde types die voortdurend met grote woorden smijten:
Discriminatie! Racisme! Aanranding! Verkrachting!
Sommige lieden loopt het water in de mond bij de gedachte wat er allemaal te verdienen valt aan politieke correctheid, en in het FD-artikel krijgen we een kijkje in de keuken.
Wat dacht u van de volgende zinsnede?
‘Ze hoeven geen sluitend bewijs van discriminatie te leveren; het aannemelijk maken ervan is voldoende om de werkgever te belasten met het bewijs dat hij niet heeft gediscrimineerd, wat meestal moeilijk te bewijzen is.’
(vetgedrukt van R)
Aan het woord is arbeidsrechtadvocaat Peter Vas Nunes.
Discriminatie op de werkvloer
Werkgevers discrimineren hun werknemers doorlopend, volgens Vas Nunes, al hebben ze dat vaak zelf niet door. ‘Soms gebeurt het moedwillig, vaker nog zonder dat ze het zich überhaupt realiseren.’
Het vergrijp discriminatie is inmiddels zover gedevalueerd dat je er zomaar schuldig aan kunt zijn, zonder dat je ook maar iets kwaads in de zin had.
Maar die argeloosheid is geen excuus meer.
Citaat uit het artikel:
Omdat discriminatie op de werkvloer een probleem is waar maar weinig bedrijven zich bewust van zijn, stelde staatssecretaris Tamara van Ark (Sociale Zaken) eind november een wetswijziging voor om het onderwerp hoger op de agenda te krijgen.
Werkgevers zijn straks verplicht om beleid te voeren ter voorkoming van discriminatie bij werving en selectie. Doen ze dat niet, dan riskeren ze een boete. De arbeidsinspectie gaat daarop toezien.
En deze wetswijziging brengt arbeidsrechtadvocaten op een hoop ideeën.
Want waar een wet is, daar zijn overtredingen mogelijk. En waar overtredingen mogelijk zijn, daar kunnen aangiften gedaan worden.
Stel je toch voor dat we de zaken gewoon zouden regelen. Stel je toch voor dat we problemen op zouden lossen zonder meteen ‘discriminatie!’ te roepen.
Maar nee, daarmee zouden we de kans op een hoop winst laten lopen.
En aan welke ‘misdaden’ maken de Nederlandse werkgevers zich dan schuldig?
Voorbeelden uit het artikel:
- een zwangere vrouw die met een smoesje wordt afgehouden van een vaste baan uit vrees voor kostbare afwezigheid
- een algoritme dat hele groepen sollicitanten uitsluit op basis van hun karaktertrekken op foto’s die op internet staan
- een werkgever die de sociaal-planvergoeding van oudere boventalligen aftopt
- promoties die systematisch naar witte, mannelijke kandidaten boven de veertig gaan
Je zult maar een kleine zelfstandige met tien werknemers zijn en een zwangere vrouw met een tijdelijk contract in dienst hebben.
Is die zwangerschap niet haar eigen keus en verantwoordelijkheid?
Waarom zou haar werkgever daar de – voorspelbare – gevolgen van moeten dragen?
Het is niet alsof alle werkgevers rijke patsers zijn die zorgeloos met geld kunnen strooien.
En het tweede voorbeeld: hoe wil je iets dergelijks controleren? Werkgevers hebben nu eenmaal het recht om uit het aanbod van sollicitanten te kiezen, en als ze er geen algoritme voor gebruiken, dan zullen ze op hun eigen vooroordelen afgaan.
Hé, deze sollicitant lijkt op die kerel die me die dure verzekering aansmeerde, weg ermee!
O, deze sollicitant lijkt op mijn neef waar ik goed mee overweg kan, pluspunt!
Voor het derde geval – het aftoppen van de sociaal-planvergoeding van oudere boventalligen – lijkt de bestaande jurisprudentie mij ruim voldoende.
Dit is toch simpel te bewijzen? Hier zijn geen vage discriminatie-aanklachten voor nodig.
En de laatste is natuurlijk belachelijk.
Je zult toch maar een ‘witte’ man promoveren.
Wij leven in een land met overwegend blanke inwoners. Ruim de helft van de werknemers is mannelijk, en onder de fulltime werkers is het aandeel mannen nog groter.
Moeten we het nu verdacht gaan maken als iemand een blanke man een promotie geeft?
Waar blijft de vrijheid van de werkgever om de beste werknemer te kiezen?
Maar er is nu een wetsvoorstel, en als die wet straks aangenomen wordt, dan moet er gehandhaafd worden.
We mogen de arbeidsinspectie wel sterkte wensen bij het gedachtenlezen, want dat lijkt een onontbeerlijke vaardigheid als je dit soort ‘discriminatie’ wilt aanpakken.
Voorbeeld Groot-Brittannië
En voor de broodnodige vooruitgang kijken we natuurlijk naar het buitenland.
Op de werkvloer leeft het thema niet erg, zegt Vas Nunes: ‘Werkgevers hebben er vaak geen beleid voor, werknemers zijn zich niet bewust van hun rechten, en hun raadgevers hebben zelden specialistische kennis op dit gebied.’
O, zalige onwetendheid.
Maar zowel de werkgever als de werknemer moeten nu nodig bewust gemaakt worden van dit probleem. En de raadgevers moeten snel specialistische kennis opdoen, want we lopen weer eens achter.
We moeten de Amerikanen achterna, of in elk geval de Britten!
Waar de praktijk in Nederland nog in de kinderschoenen staat, kent het Verenigd Koninkrijk een claimcultuur waar miljarden euro’s in omgaan: In de eerste 9 maanden van 2018 werden zo’n 30.000 claims wegens discriminatie ingediend. Advocatenkantoren hebben complete afdelingen die niets anders doen dan anti-discriminatietraining geven aan grote bedrijven en op de werkvloer onderzoek doen naar klachten.
(vetgedrukt van R)
Aan het woord komt arbeidsrechtadvocaat James Davies, partner bij het Londense kantoor Lewis Silkin.
‘Sinds de #metoo-discussie in oktober 2017 losbarstte, is het aantal rechtszaken in het VK snel gestegen. Het hele landschap is dramatisch veranderd.
Met name geslachtsdiscriminatie is giftig voor je merk. Werkgevers zijn als de dood voor de reputatieschade die erbij komt kijken en slachtoffers voelen zich steeds meer aangemoedigd. Ook een volledig ongegronde aantijging kan enorme schade aanrichten.’
(vetgedrukt van R)
Ja natuurlijk, dat willen wij in Nederland ook.
Elke werkgever moet voortdurend in doodsangst leven, want één hysterische SJW kan met ‘volledig ongegronde aantijgingen’ het bedrijf te gronde richten.
‘Hij heeft me aangerand!’
‘Zij noemde me negertje!’
‘Hij gaf mij geen promotie omdat ik homo/moslim/vrouw/zwart ben!’
En bewijs maar eens dat het niet waar is.
Mocht je als werknemer niet over de kwaliteiten beschikken om zelf een goed inkomen te verdienen, dan kan je nog altijd terugvallen op ongegronde aanklachten, en de heren advocaten staan in de rij om je hierin ‘geheel onbaatzuchtig’ van dienst te zijn.
Maar is er dan in Nederland geen sprake van uitbuiting van werknemers?
Flexwerkers
De positie van flexwerkers is inderdaad niet best.
Met name aan de onderkant van de arbeidsmarkt werken veel mensen met tijdelijke contracten, die tot 23 maanden verlengd worden waarna de werknemers ineens ‘niet meer nodig’ blijken te zijn.
Waarom 23 maanden?
Omdat een werkgever verplicht is om een tijdelijke werknemer na twee jaar een vast contract aan te bieden.
En dus kan de tijdelijke werknemer elke twee jaar op zoek naar een nieuw tijdelijk contract, zonder ooit de zekerheid en bescherming van een vaste baan te krijgen.
Nederland telt inmiddels meer dan drie miljoen werkenden, oftewel een op drie medewerkers, die het moeten stellen zonder de ontslag- en inkomensbescherming die de wet aan vaste werknemers biedt. Deze onbeschermde flexwerkers maken in veel gevallen een goede kans om hun ontslag en onderbetaling aan te vechten door hun recht op gelijke behandeling te verzilveren, betoogt Vas Nunes.
Dus de oplossing voor de slechte rechtspositie van flexwerkers is een peperdure claimcultuur optuigen?
Is dat niet een tikkeltje krom?
Bovendien: wat moet die blanke jongen die ook na 23 maanden aan de kant wordt gezet?
Hij kan niet roepen dat hij gediscrimineerd wordt omdat hij vrouw/zwart/gehandicapt is.
Je zou zeggen: als de rechtspositie van flexwerkers zo slecht is, doe er dan wat aan.
Je zou zeggen: als werkgevers hun tijdelijke werknemers elke twee jaar vrolijk vervangen en op die manier verplichtingen omzeilen, zorg dan dat die werkgevers dit niet meer kunnen doen.
Kan de arbeidsinspectie daar niet beter voor worden ingezet?
Het is toch eenvoudig te controleren of een werkgever voortdurend tijdelijke werknemers vervangt door nieuwe tijdelijke werknemers.
Maar zo praktisch gaan we het natuurlijk niet aanpakken.
Om uitbuiting van flexwerkers te voorkomen gaan we het blijkbaar gooien op discriminatie, en daarvoor zijn ‘creatieve’ juristen nodig.
Het roept de vraag op waarom flexwerkers in Nederland niet en masse grijpen naar de ruime middelen die het recht op gelijke behandeling hun biedt.
‘Flexwerkers zijn slecht georganiseerd en slecht op de hoogte. Maar ik denk ook dat de FNV daar wel iets heeft laten liggen’, zegt Pauline de Casparis, penningmeester van AFMP, de vakbond voor militair personeel. Ze is eveneens arbeidsrechtadvocaat en voormalig bestuurslid van de vereniging van arbeidsrecht.
De Casparis benadrukt dat juristen van de vakbonden logischerwijs vooral zaken krijgen aangedragen van FNV-leden in vaste dienst, en beroepsmatig minder gevoel hebben bij de rechten van flexwerkers.
‘Toch verbaast het me dat er zo weinig mee wordt gedaan. Niet iedere jurist is even creatief.’
(vetgedrukt van R)
Niet iedere jurist is even creatief.
Daar moet het dus op uitkomen. Als je baas jou oneerlijk behandelt, dan pak je hem met een ongefundeerde aanklacht wegens discriminatie of seksuele intimidatie, want daarmee maak je meer kans dan met simpelweg de feiten aandragen.
En als jouw baas jou wel eerlijk behandelt, maar jij bent gewoon een profiteur, dan kan je ook van deze middelen gebruik maken.
Dat zal de rechtvaardigheid in de samenleving vast en zeker behoorlijk vooruit helpen.
Maar niet heus.
Een nuchtere aanpak
Waarom kunnen we niet gewoon de zaken op een normale manier regelen?
Omdat het blijkbaar veel leuker of winstgevender is om hip te deugen dan om de rechten van werknemers deugdelijk te regelen.
‘Ik denk dat het uiteindelijk een maatschappelijke verantwoordelijkheid is die werkgevers deels op zich moeten nemen. Veel politici stappen er gemakkelijk overheen, maar de eerlijke boodschap is dat diversiteit een zware plicht is’, aldus Vas Nunes.
Lang leve de diversiteit.
En dus kunnen we ons straks verheugen op de meest bizarre claims van werknemers die hun bazen willen pakken.
En de uitgebuite flexwerkers zullen er niets beter van worden.