Ik herinner me dat ik opgroeide en omringd was door technologie van Europese bedrijven. Er waren telefoons van Nokia, Siemens, Alcatel en Ericsson. Er waren tv’s van Philips en nog veel meer. Maar nu in 2017 lijkt het grootste deel hiervan te zijn verdwenen. Dus waar zijn alle Europese technologiebedrijven gebleven?
Laten we kijken of er in Europa echt een technisch tekort is. Ik begon te zoeken en beperkte mijn zoektocht tot alleen consumententechnologieën.
Consumentenelektronica-bedrijven zijn in principe niet-bestaand in Europa. Er zijn geen grote Europese bedrijven die PC’s of gameconsoles maken en zaken zijn niet veel beter in de smartphone/tablet markt. Er is HMD die tegenwoordig Nokia-telefoons produceert en daarnaast bestaan er een paar nichemerken. Tezamen produceren zij nog niet eens zoveel smartphones als een B-label Chinees telefoonfabrikant.
Sinds Philips zijn tv-activiteiten heeft verkocht, heeft Europa ook geen standaard tv- of monitormerk meer. Audio-hardware lijkt het een beetje beter te doen met een paar grote merken zoals het Duitse Sennheiser, maar ook hier zijn twee Europese merken enorm in de minderheid. En worden veel merken als het Oostenrijkse AKG verkocht aan externe concurrenten. De cameramarkt wordt nog steeds gedomineerd door Japanse en Amerikaanse bedrijven en Europa is nauwelijks in de race met nieuwe in de nieuwe markten zoals smartwatches VR- en AR-hardware of drones voor consumenten. Zelfs op component niveau zijn er bijna helemaal geen Europese bedrijven meer.
Dus hoewel er een paar Europese succesverhalen zijn, denk ik dat het veilig is om te zeggen dat Europese hardwarebedrijven voor consumentenelektronica in alle belangrijke categorieën ver achterlopen op hun concurrenten uit de VS of Azië.
Om erachter te komen waarom dit is ben ik gaan zoeken naar antwoorden. Dit werkt het beste wanneer je het probleem eerst terugbrengt naar een aantal beperkte categorieën. Daarom denk ik dat het helpt om deze categorie op te delen in drie lagen: infrastructuurplatforms, eindconsument en applicaties.
Infrastructuur is de ruggengraat van het internet en omvat alles, van cloud computing tot contentdistributienetwerken en domeinnaamservices. Er is geen Europese bedrijf die een wereldwijde schaal heeft bereikt. Amerikaanse bedrijven domineren op mondiaal niveau met potentiële concurrenten die uit China komen en niet uit Europa. Vooral omdat China in feite een ondoordringbare zeepbel is op techgebied. En het helpt niet wanneer de grootste infrastructuur eigenaar van Nederland, KPN, met Chinese bedrijven zoals Huawei in zee gaat. Gooi hier bovenop dat deze samenwerking onvoorwaardelijk is en je gooit niet alleen de Europese maar ook Nederlandse markt voor een groot deel op slot.
De platformlaag bestaat uit software waarmee andere software en services kunnen worden uitgevoerd en waaronder zaken als besturingssystemen, webbrowsers, app stores, zoekmachines en zelfs sociale medianetwerken vallen. Kortom, als je een app wilt bouwen, moet je via deze platforms leveren en opnieuw domineren Amerikaanse bedrijven deze sector. Er is geen enkel Europees platform in een van deze categorieën. En wederom zijn de enige potentiële uitdagingen afkomstig uit China. Europese bedrijven zijn er in geslaagd om hier een flink aantal succesvolle producten te bouwen en hoewel dat echt geweldig is, doet dit ook afbreuk aan de positie van de techsector in Europa. Waar ik zo op terug kom.
Deze Europese succesverhalen komen van bedrijven die een enkel product ontwikkelen. Ondertussen zijn er in de VS en China reuzen die duizenden dingen tegelijk doen en honderden startups per jaar kopen. Europa heeft zulke bedrijven niet, dus Europa is een veel kleinere vis. Samenvattend is Europa nauwelijks betrokken bij de infrastructuur of de laag van software en diensten van het platform. Hoewel het een aantal succesverhalen kent, ontbreken de techreuzen. Het technische tekort is reëel, maar waarom?
Waarom bouwen we niet gezamenlijk aan Europese bedrijven? Ik denk dat de consumentenlaag hetgeen is waar Europa matig succesvol in lijkt te zijn. Wat is er anders aan vergeleken met de anderen?
Dit komt omdat er eerlijk gezegd ruimte is voor duizenden, zo niet voor tienduizenden bedrijven. Iemand met een goed idee en een paar slimme mensen, kunnen een leuke app maken vanuit hun zolderkamer. Ongeacht of deze ontwikkelaars uit Europa of de VS of India komen. Met platforms en infrastructuur is er gewoon veel minder ruimte en daarmee minder diversiteit. De wereld zal eigenlijk maar een paar besturingssystemen, weinig zoekmachines, weinig wereldwijde cloud computing-platforms adopteren. Alles gebeurt op een veel grotere schaal met tienduizenden medewerkers per platform.
Het hebben van een goed idee, ongeacht hoeveel slimme mensen er bij betrokken zijn, leidt vaak nergens toe. Ze hebben ook de juiste macro-economische omgeving tegen. Omgevingsfactoren zoals veel investeerders die bereid zijn om hen geld te geven, begrijpbare en makkelijk toepasbare belasting- en privacywetten en een toegang tot hoogopgeleide mensen.
Dit is het kernprobleem denk ik waarom Europa achteraan de techindustrie sukkelt. Concluderend denk ik dat er vijf belangrijke redenen zijn voor dit gebrek.
Concurrentievermogen, regelgeving, investeringsklimaat, geografie en demografie.
Te beginnen met de eerste, concurrentievermogen. Het is redelijk veilig om te stellen dat Europese wetgeving, vooral vergeleken met die van de VS, of dat China niet ideaal is voor tech bedrijven. Belastingen zijn hoog, wat een duidelijk concurrentienadeel is. Zeker als de allergrootsten instaat worden gesteld om geen belasting te betalen. Arbeidswetten zijn waarschijnlijk de meest onnavolgbare in de wereld waardoor het moeilijk is voor bedrijven moeilijk is om mensen in dienst te nemen en te ontslaan. Probeer maar eens als startup iemand vanuit India, China of de VS hier naartoe te halen om voor een bepaalde periode voor je aan de slag te gaan. Dit is treft dan ook vooral kleinere bedrijven en startups waar schommelingen enorm kunnen zijn. Bedrijven zouden veel makkelijker mensen moeten kunnen inhuren en weer laten gaan om zich aan te passen aan de snel veranderende markt. Of afwijkende regels te maken waardoor kleinere bedrijven en startups instaat worden gesteld om überhaupt te kunnen concurreren met de gevestigde partijen.
Bovendien zijn bedrijven veel geld en tijd kwijt om te voldoen aan alle administratieve rompslomp. Bedrijven besteden dus een hoop middelen aan compliance in plaats van ze uit te geven om concurrenten in Europa te verslaan. Dit is vooral van invloed op kleine bedrijven zoals startups. Voeg daaraan toe hoe moeilijk het is kapitaal aan te trekken voor Europese startups, vooral als ze een beetje groter worden. Dan ben je nog niet klaar want dan is er nog het simpele probleem van geografie. Het lanceren van wereldwijde services is logischer in grote homogene markten zoals de VS, China, India of Rusland. Wanneer een toepassing zeer snel een grotere schaal kan bereiken, zou dit in Europa betekenen dat het product onmiddellijk in 30 talen, rechtssystemen en culturen moet worden aangepast. Stel je eens voor dat eerst een stemassistent als Alexa in Europa wordt gelanceerd. Dat zou gewoon niet logisch zijn en dan is er ook iets veel subtielers, ik kan dit niet echt kwantificeren, maar wij als Europeanen zijn over het algemeen heel pessimistisch over zowel technologie als het bedrijfsleven.
Zeker wanneer je dat vergelijkt met China, waar de meeste mensen oprecht enthousiast worden dat nieuwe technologiebedrijven hun problemen zouden kunnen oplossen. Hier in Europa zien de meeste mensen die ik technische bedrijven als de oorzaak van problemen en zeker niet de oplossing hiervoor. Deze houding maakt de adoptie van nieuwe technologieën veel langzamer dan in een groot deel van de rest van de wereld.
Nu zou mijn laatste reden zijn het gebrek aan een sterk, bestaand startup-ecosysteem. Het totale gebrek aan een Europese variant van een Silicon Valley, Shenzhen in China of Skolkovo in Rusland speelt hier ook een grote rol in. In Europa is alles zo gedecentraliseerd dat er geen grote hub of regio voor de startup is. Niet alleen lidstaten concurreren met elkaar op dit gebied, maar ook steden in lidstaten. En soms zelfs binnen steden heb je meerdere startup hubs. Dat dit niet werkt betekent nog niet dat politici dit inzien en ophouden geld in dit soort initiatieven te steken. Toch is het ook een kip- en een ei probleem, hoe meer technologie men creëert hoe meer techbedrijven het aantrekt er als er minder technologie wordt gecreëerd hoe minder tech bedrijven je aantrekt.
Hoe dan ook, ik denk dat deze vijf redenen samen verklaren waarom er hier in Europa geen wereldwijde techreuzen zijn. Het is moeilijker om je startup te financieren, om mensen aan te nemen en te ontslaan en moeilijker om mensen op schaal hier in Europa te bereiken.
Dit betekent onderaan de streep dat we ‘specialisten’ kunnen bouwen, maar niet al-round techreuzen en het gebrek aan Europese reuzen heeft ook een behoorlijk belangrijk neveneffect. Nieuwe technologieën die door specialisten zijn ontwikkeld, worden vaak door de reuzen overgenomen. In start-up termen wordt dit een exit genoemd. En de meeste oprichters en investeerders houden van exits omdat het betekent dat ze eindelijk hun investeringen kunnen verzilveren. Probleem is dat Europa geen reuzen heeft, dus de meeste Europese exits gaan naar niet-Europese reuzen. Dit heeft ook tot gevolg dat er in Europa al een tijd sprake is van een aanhoudende braindrain. Ik denk dat bedrijven in Europa vaak worstelen om echt groot te worden en wanneer het dat doet, wordt het vaak overgenomen door buitenlandse giganten.
Een goed voorbeeld van het bovenstaande is mijn ervaring met een van mijn start-ups: Startups, mijn verhaal.
Bovenstaand stuk is op basis van een eerder vlog van TechAltar